Het heksje Klaartje

Het heksje Klaartje wil 's nachts vliegen,
vliegen naar de sterren en de maan.
Ze moet dan tegen moeder liegen,
alléén vliegen is niet toegestaan.

Dan zegt de poes: "klim achterop,
mijn bezem kan vliegen naar de maan.
De aarde is van hoog een speldeknop,
dus spring erop, we kunnen gaan".

Ze landen zachtjes op de maan,
de grond is hobbelig en bobbelig.
Vreemde mannetjes staren hen aan,
ze zijn brommerig en knobbelig.

Ze krijgen sterrenkoekjes en sterrensap,
ze zingen en dansen op de maan.
Ze maken grapjes onder handgeklap,
de poes en Klaartje moeten nu al gaan.

Ze vliegen vrolijk terug naar huis
en zwaaien naar de mannetjes.
De poes verlangt naar zijn fornuis
en Klaartje maakt weer nieuwe plannetjes.

© Tekst en illustratie
Anne de Vries-Neuteboom